Korte samenvatting
Otto van Gulik, proost van het Sint-Servaaskapittel te Maastricht en aartsdiaken van Luik, verklaart dat de goederen en inkomsten van de hof van Kückhoven met het rentmeesterschap niet aan de proost, maar aan het kapittel toebehoren.
Latijnse tekst van de oorkonde
Otto de Iuliaco, Dei gratia prepositus ecclesie Beati Seruatii Traiectensisa necnon .. archidiaconus Leodiensis, universisb quos presens scriptum videre contigerit in Domino salutem sempiternam.
Noveritis quod bona seu redditus curie de Kodichouen cum villicationec eiusdem curie specialiter spectant ad .. capitulum ecclesie nostre Sancti Seruatii predicti et quod numquam de ipsius curie bonis seu redditibus et villicatione predictis tanquam de nostre prepositure redditibus nos intromisimus nec nos intronittered intendimus, sed dictum .. capitulum per nos et nostros amicos in dicta curia et in suo iure cupimus potius promoveri.
Datum feria quarta post dominicam Oculi, anno Domini Mo CCo LXXo quartoe.
Nederlandse vertaling
Otto van Gulik, proost van het Sint-Servaaskapittel te Maastricht en aartsdiaken van Luik, maakt bekend dat de goederen en inkomsten van de hof van Kückhoven met het rentmeesterschap van die hof in het bijzonder aan het kapittel toebehoren en dat hij hierop nooit inbreuk heeft gemaakt alsof het inkomsten van zijn proosdij waren en dat ook niet van plan is, maar dat hij en zijn vrienden er eerder naar verlangen om het kapittel in deze hof en hun recht daarin te bevorderen.
Gedaan op 20 maart 1275.
Nadere toelichting
Lees meerOtto van Gulik, proost van het Sint-Servaaskapittel te Maastricht en aartsdiaken van Luik, verklaart dat de goederen en inkomsten van de hof van Kückhoven met het rentmeesterschap niet aan de proost, maar aan het kapittel toebehoren.
Origineel
A. Maastricht, HCL, toegangsnr. 14.B002A, archief kapittel van Sint-Servaas te Maastricht, 1062-1797, inv. nr. 422.
Aantekeningen op de achterzijde: 1o door 14e-eeuwse hand: Littera de Codecouen. – 2o door 14e-eeuwse hand: [***] redditus pertinent ad capitulum. – 3o door 16e-eeuwse hand: 9 / 7 / M XXV. – 4o door 17e-eeuwse hand: Littera E / 173.
Bezegeling: één afhangend bevestigd zegel, dat niet aangekondigd is, namelijk: S1 van Otto van Gulik, proost van het Sint-Servaaskapittel te Maastricht en aartsdiaken van Luik, van rode was, beschadigd. Voor een beschrijving en afbeelding van dit zegel, zie Venner, ‘Zegels’, nr. 15.
Afschrift
Niet voorhanden.
Uitgave
Niet eerder uitgegeven.
Regesten
Doppler, ‘Verzameling [800-1273]’, 252-253, nr. 201. – Haas, Chronologische lijst, 69, nr. 175. – Nuyens, Inventaris Sint-Servaas, 98, nr. 422.
Datering
Het gebruik van de paasstijl in het bisdom Luik is verondersteld, zie Camps, ONB I, XXI, en Dillo en Van Synghel, ONB II, XVII.
Tekstuitgave
Het onderscheid tussen c en t is moeilijk zichtbaar.
partners
donateurs



.avif)





