Korte samenvatting
Rechter en schepenen van de hof van Lenculen oorkonden dat Jan de Molendino eeuwige vrijwaring heeft beloofd aan Hendrik de Molendino, zijn bloedverwant, voor een jaarlijkse cijns van negen schelling, gevestigd op de scheermolen (te Maastricht), die hij hem heeft verkocht onder verband van al zijn goederen die hij van de hof van Lenculen houdt, en in het bijzonder van een jaarlijkse cijns van negen schelling en negen kapoenen.
Latijnse tekst van de oorkonde
Nos iudex et scabini curie Lenculensis, Iohannes Sueuus, Florencius, Olbertus, Iohannes Scilken, Iohannes Borneken, Adulphus et Philippus protestamur quod Iohannes de Molendino promisit Henrico de Molendino, suo consanguineo, perpetuam warandiam facere et iustam querelam deponere de novem solidis annui census, emptis erga ipsum Iohannem, qui ad molendinum dictum scermolen recipientur annis singulis. Pro qua warandia facienda perpetu[ali]tera, ut dictum est, eidem Henrico omnia bona sua que tenet a curia nostra predicta et specialiter novem solidos et novem capones annui census ad Henricum quondam dictum Appelmenghere et ad eius bona in Lenculis titulo pignoris obligavit.
Datum die beate Gertrudis anno Domini M° CC° nonagesimob.
Nederlandse vertaling
Rechter en schepenen van de hof van Lenculen, Jan Suevus, Florens, Olbert, Jan Scilken, Jan Borneken, Adolf en Philips maken bekend dat Jan de Molendino (van de Molen) beloofd heeft eeuwige vrijwaring te verstrekken aan Hendrik de Molendino (van de Molen), zijn bloedverwant, en een rechtmatige klacht af te doen over een jaarlijkse cijns van negen schelling die hij heeft gekocht van Jan en die uit de scheermolen te ontvangen is. Om eeuwige vrijwaring te verstrekken heeft Jan ten behoeve van Hendrik al zijn goederen die hij houdt van de hof van Lenculen, en in het bijzonder een jaarlijkse cijns van negen schelling en negen kapoenen op wijlen Hendrik Appelmengher, en uit diens goederen in Lenculen, als onderpand verbonden.
Gegeven op 17 maart 1291.
Nadere toelichting
Lees meerRechter en schepenen van de hof van Lenculen oorkonden dat Jan de Molendino eeuwige vrijwaring heeft beloofd aan Hendrik de Molendino, zijn bloedverwant, voor een jaarlijkse cijns van negen schelling, gevestigd op de scheermolen (te Maastricht), die hij hem heeft verkocht onder verband van al zijn goederen die hij van de hof van Lenculen houdt, en in het bijzonder van een jaarlijkse cijns van negen schelling en negen kapoenen.
Origineel
A. Maastricht, HCL, toegangsnr. 14.B002A, archief kapittel van Sint-Servaas te Maastricht, 1062-1797, inv. nr. 462. Beschadigd.
Aantekeningen op de achterzijde: 1o door 15e-eeuwse hand: Littera quod de (verbeterd uit I) wanrandia (aldus) ad molendinum dictum scermolen. – 2o door 15e-eeuwse hand: In Platea Lenculensi / R. – 3o door 15e-eeuwse hand: 150. – 4o door 16e-eeuwse hand: 1290.
Bezegeling: acht bevestigingsplaatsen, vermoedelijk voor de zegels van de rechter en schepenen van de hof van Lenculen, die niet aangekondigd zijn (LS1, LS2, LS3, LS4, LS5, LS6, LS7 en LS8). De negende incisie diende mogelijk voor het transfigeren van een inmiddels losgeraakte oorkonde.
Afschrift
Niet voorhanden.
Uitgave
a. Nève, De dertiende-eeuwse schepenoorkonden, 82-83 (met onvolledige vertaling), nr. 1291.03.17, naar A.
Regesten
Doppler, ‘Schepenbrieven’, 34, nr. 21. – Haas, Chronologische lijst, 90, nr. 241. – Nuyens, Inventaris Sint-Servaas, 103, nr. 462.
Lokalisering
Blijkens de dorsale aantekening was de scheermolen gelegen in de Lenculenstraat te Maastricht.
Ontstaan
Deze oorkonde is geschreven door een scriptor die schepenoorkonden van Maastricht mundeert en kan worden gelokaliseerd in het milieu van de schepenbank van Maastricht, zie Collectie Sint-Servaas, nr. 38 onder Ontstaan.
Datering
Het gebruik van de paasstijl in het bisdom Luik is verondersteld, zie Camps, ONB I, XXI, en Dillo en Van Synghel, ONB II, XVII.
Tekstuitgave
Het onderscheid tussen c en t is niet altijd goed zichtbaar.
partners
donateurs



.avif)





